top of page

Bestuur in Zuidwest-Friesland

1600-1700

​

Friesland tegen de Spanjaarden

​

Zuidwest-Friesland en de strijd tegen de Spanjaarden, 1600-1621

In 1588 werd de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden opgericht. Een nieuw land, waar Nederland bij ging horen. Het werd ook wel De Republiek genoemd. Het land had geen koning of keizer. De provincies bestuurden zichzelf. Stadhouders hielden toezicht op het bestuur in de provincies. In Friesland was Willem-Lodewijk van Nassau de stadhouder. Dit bleef hij tot 1620, toen hij een natuurlijke dood stierf. Hij was heel geliefd bij de Friezen. Ze noemden hem Us Heit. In 1568 was Nederland betrokken geraakt bij de Nederlandse Opstand, tegen de Spaanse koning Filips II. Deze man had voor een groot deel van de zestiende eeuw de macht in Nederland. In 1581 was hij verbannen uit Nederland. Maar de Spanjaarden wilden niet opgeven, ook niet toen in 1588 De Republiek werd opgericht. De Republiek bleef in de zeventiende eeuw oorlog voeren met Spanje. Dit duurde tot 1648. 

In Friesland was het begin zeventiende eeuw vrij rustig, ook in Zuidwest-Friesland. Willem-Lodewijk deed zijn best om de Spanjaarden buiten de deur te houden. Geregeld trok hij naar andere plekken in Nederland om daar tegen de Spanjaarden te strijden. Zo bleef heel Friesland beschermd. In 1609 werd een wapenstilstand ingevoerd. Deze zou twaalf jaar duren. De Friezen waren erg bedroefd toen Willem-Lodewijk in 1620 stierf. Gelukkig werd hij opgevolgd door zijn broer Ernst Casimir van Nassau-Dietz. Ook hij zou heel populair worden bij de Friezen, net als zijn vrouw Sophia. De stadhouders van Friesland woonden inmiddels op een echt hof in Leeuwarden. Dit gebouw leek wel wat op een paleis. In 1621 was de wapenstilstand met de Spanjaarden afgelopen en ging de oorlog verder. Friesland werd in september van dat jaar ook weer aangevallen. Het leidde overal tot grote paniek. Ook in Zuidwest-Friesland waren de inwoners bang dat de Spanjaarden heel Friesland onder de voet zouden lopen. Maar de Spanjaarden werden op tijd verjaagd. Ze bereikten Zuidwest-Friesland niet eens.

​

Ernst Casimir van Nassau-Dietz

Stadhouder Ernst Casimir van Nassau-Dietz

De Provincie

​

Het provinciaal bestuur

De stadhouder kon niet een hele provincie in zijn eentje besturen. Dat was veel te veel werk. Wanneer hij wilde overleggen met de burgers, riep hij de Staten van Friesland bijeen. Daarin kwamen vertegenwoordigers van de adel, geestelijkheid en eigenerfden samen. Eigenerfden waren mensen die een boerderij bezaten. Het dagelijks bestuur van de provincie werd uitgevoerd door de Gedeputeerde Staten. Daarin zaten negen vertegenwoordigers uit de Friese steden en de regio's Oostergo, Westergo en Zevenwouden. Dit waren de regio's waarin Friesland toen verdeeld was. Zuidwest-Friesland hoorde bij de regio Westergo. De steden van Westergo waren Bolsward, Sneek, Hindeloopen, Workum, IJlst, Stavoren, Harlingen en Franeker. De stadhouder was soms ook bij de vergaderingen aanwezig, want zo wist hij precies wat er allemaal aan de hand was in Friesland. 

​

De grietenijen en het platteland

​

De grietenijen van Zuidwest-Friesland

De regio's Oostergo, Westergo en Zevenwouden waren elk verdeeld in grietenijen. Dit waren plattelandsgebiedjes die werden bestuurd door een grietman. Ook was de grietman rechter in zijn gebied. Behalve voor ernstige misdrijven zoals moord. Deze moesten voor een rechter bij het Hof van Friesland in Leeuwarden komen. In Zuidwest-Friesland bestonden ook grietenijen. Dit waren Wonseradeel, Wymbritseradeel, Hennaarderadeel en Hemelumer Oldephaert. De hoofdplaats van Wonseradeel was het dorp Witmarsum. Andere dorpen in deze grietenij waren bijvoorbeeld Arum, Kimswerd, Pingjum, Schettens, Gaast en Parrega. De grietmannen van Wonseradeel woonden op de Osinga State in Schettens. De hoofdplaats van de grietenij Wymbritseradeel was IJsbrechtum. Dorpen in deze grietenij waren onder meer Heeg, Nijland, Scharnegoutum en Oosthem. De grietmannen van Wymbritseradeel woonden vanaf vanaf 1625 op de Epema State in IJsbrechtum. De hoofdplaats van de grietenij Hennaarderadeel was Wommels. Andere dorpen in deze grietenij waren bijvoorbeeld Oosterend en Kubaard. De hoofdplaats van de grietenij Hemelumer Oldephaert was Koudum. De grietmannen van Hemelumer Oldephaert woonden op de Grovestins State in Koudum. Andere dorpen in deze grietenij waren onder andere Hemelum en Molkwerum.

Grietmannen waren rijk. Hun huizen waren dan ook erg luxe. Ze werden vaak omringd door een grote tuin of wandelbos. Niet iedereen was tevreden over de grietmannen. De grietmannen dachten vaak alleen maar aan zichzelf. Ze namen beslissingen waar ze zelf rijker van werden. Ze dachten zelden aan het belang van de burgers. Een voorbeeld was het jaar 1626. Toen stemden verschillende Friese grietmannen in met de beslissing om hogere belastingen te heffen in de provincie. De grietmannen werden rijk van de hoge belastingen. Ze konden daardoor nog luxer leven. Maar het volk werd alleen maar armer. Mensen trokken naar de huizen van de grietmannen om ze een lesje te leren. Ook anderen die het besluit steunden moesten het ontgelden. In Sneek, Bolsward en het dorp Wommels werden huizen geplunderd. In Bolsward en Wommels werden drie mensen betrapt bij de plunderingen. Ze moesten voor het Hof van Friesland komen en werden daar veroordeeld tot de doodstraf. Ze werden onthoofd. De hoofden werden tentoongesteld op straat. Er werd gedacht dat dit de mensen zou afschrikken, zodat ze niet weer huizen zouden plunderen. 

 

​

​

epema state ysbrechtum

De Epema State in IJsbrechtum, waar de grietmannen van Wymbritseradeel in de 17e eeuw woonden

De steden

​

Het stadsbestuur van de steden in Zuidwest-Friesland

Grietmannen bestuurden geen steden. De steden Bolsward, Sneek, IJlst, Workum, Stavoren en Hindeloopen werden bestuurd door het vroedschap en het magistraat. Het vroedschap was een soort gemeenteraad, terwijl het magistraat bestond uit een aantal burgemeesters. Samen vormden het vroedschap en het magistraat in elke stad het stadsbestuur. Het stadsbestuur kwam samen in de raadzaal van het stadhuis. Deze zalen waren vaak heel mooi versierd. Elke stad had een stadhuis en dus ook een raadzaal. De leden van het stadsbestuur hadden veel aanzien. Dat bleek wel in Workum, waar leden van het magistraat en de vroedschap sinds 1638 een eigen kerkbank hadden in de Sint Gertrudiskerk. Deze bank werd ook wel 'de glêzen kast' genoemd. Hij stond tegenover de preekstoel, zodat de leden van het stadsbestuur alles goed konden zien. Op de bank lagen zelfs speciale kussens, met het wapen van de stad Workum erop. Een behoorlijk luxe zitplaats!

deur naar de raadzaal stadhuis Bolsward

De deur naar de raadzaal in het stadhuis van Bolsward, dat werd gebouwd in 1614.

De pech van de Friese stadhouders

​

De stadhouders van Friesland, 1621-1696

Stadhouder Ernst Casimir was in deze jaren niet veel aanwezig in Friesland. Hij was vaak in andere delen van Nederland, om ervoor te zorgen dat de Spanjaarden niet weer een inval zouden doen. In 1632 werd Ernst Casimir geraakt door een kogel, toen hij in Roermond een paar loopgraven aan het bekijken was. Hij werd opgevolgd door zijn zoon Hendrik Casimir van Nassau-Dietz. Deze was ook vaak op andere plekken in Nederland, om aanvallen van de Spanjaarden af te slaan. Net als zijn vader was hij populair bij de Friezen, onder andere omdat hij een dapper strijder was, een zachtmoedig karakter had en erg geïnteresseerd was in de wetenschap. In 1640 raakte Hendrik Casimir ernstig gewond bij de bestorming van een verdedigingswerk in Zeeland. Hij stierf acht dagen later. De nieuwe stadhouder van Friesland werd Willem Frederik van Nassau-Dietz

In 1648 was de strijd tussen Nederland en Spanje eindelijk voorbij. Er werd vrede gesloten. In 1664 ontstond een bijzondere situatie. Toen overleed stadhouder Willem Frederik. Hij was zwaar gewond geraakt toen hij bij het nakijken van zijn pistool per ongeluk een kogel op zichzelf afvuurde. Enkele tijd later overleed hij. Willem Frederik was getrouwd met Albertina Agnes van Nassau, met wie hij twee dochters en een zoon had. De zoon was nog maar zeven jaar en dus te jong om stadhouder te worden. Daarom vervulde Albertina Agnes enkele jaren de rol van stadhouder. Dit was bijzonder, omdat ze een vrouw was. Die hielden zich vaak niet bezig met de politiek. Dat werd in de zeventiende-eeuwse samenleving maar vreemd gevonden. Maar nu kon het niet anders. Albertina Agnes vervulde zes jaar lang de rol van stadhouder. In 1670 werd haar zoon Hendrik Casimir II van Nassau-Dietz eindelijk stadhouder. Hij trouwde met Henriëtta Amalia, met wie hij acht kinderen kreeg. Hij was heel lang stadhouder, namelijk tot 1696. 

albertine agnes en kinderen

Albertine Agnes en haar drie kinderen, waaronder de latere stadhouder van Friesland Hendrik Casimir II (tweede van links)

Bronnen

Terpstra, Pieter. Tweeduizend jaar geschiedenis van Friesland. Leeuwarden: Uitgeverij M. Th. van Seyen, 1986.

Wassenaar, J.D.Th. Dit waren ook 'brijbekken': Markante Workumers door de eeuwen heen. Workum: Hunia's Drukkerij, 2002.

Ybema, Jan. De kleine geschiedenis van Friesland. Amersfoort: BBNC uitgevers bv, 2017.

Afbeeldingen: publiek domein (Rijksstudio, Wikimedia Commons)

bottom of page